Werelddag 'syndroom van Down'

Gisteren was het de werelddag van het Syndroom van Down.
Ik heb er in de klas iets moeten over vertellen. Dit was mijn onderwerp voor 'Actualiteit'

Een Syndroom = ziekte of een handicap.
Dokter Down ontdekte de ziekte in de 19de eeuw.
Hij noemde de kindjes ‘mongooltjes’ omdat ze geleken op de mensen uit het land Mongolië.
Mongolië ligt in Azië, ten noorden van China. Dit zijn kinderen uit Mongolië met de presentarice van LLINK (zondagavond op NDL3)

Nu zegt men iemand met het syndroom van Down of trisomie 21.
Een normale mens heeft in iedere lichaamscel 23 keer 2 chromosomen.
Iemand met het syndroom van Down heeft 22 keer 2 chromosomen en 1 keer 3 chromosomen.
Doordat die kindjes in iedere lichaamscel 1 chromosoom te veel hebben zijn ze gehandicapt.

Dit is een jongentje met het syndroom van Down.

Ze zijn kleiner.
Ze hebben een kleiner hoofd met een vlakkere achterkant.
Ze hebben smalle speetogen.
Ze hebben vaak hartproblemen.

Ze hebben een meestal één lijn in de handpalm.
Ze hebben een bredere ruimte na de grote teen.
Ze zijn vaak verstandelijk of mentaal gehandicapt.

Daarom gaan ze naar speciale scholen waar ze met veel liefde en genoeg aanmoediging nieuwe dingen leren.